Met een camper door Japan

Tokyo, I’m on my way! and in my old Toyota it is not so far away.

Dit is ons eerste verslag over ons reis met een camper door Japan (2019). Lees ook het tweede of derde verslag.

Op reis door Japan! Via Narita-airport zijn we meteen met jetlag het centrum van Tokyo in gegaan. Daar vonden we een fantastische Japanse uitvinding: koude koffie uit een frisdrankautomaat. Die vind je hier overal, zelfs op de meest afgelegen en onlogische plekken. Smaakt verassend goed. Het Imperial palace was gesloten, maar de tuinen waren grotendeels wel open. Een gedeelte was gesloten in verband met de tyfoon die onlangs overwaaide.
Onze kamer in het hotel bij Ueno-koen (koen betekent hier park) lag op de bovenste verdieping, vanwaar we een prachtig uitzicht hadden over Tokyo en het park met een grote vijver vol lotusbladeren. De kamer was erg klein. Je kon je kont niet keren, maar wel met warm water afspoelen nadat je het toilet had gebruikt. Nog een fantastische Japanse uitvinding: toilet-deluxe: verwarmde bril, muziekje, sproeiers om alles schoon te spoelen in diverse soorten (uiteraard met keuze in zachte of harde straal), en zelfs een privacy-knop die spoelgeluiden laat horen zodat niemand je hoort plassen.

Een dag later was het tijd voor een wandeling door een oud stukje Tokyo, de wijk Yanesen, die langs kleine huisjes, begraafplaatsen, badhuizen en tempels liep. Nog wat cultuur gesnoven in de vorm van porselein, samoerai harnassen, kimono’s en kalligrafie in het Nationaal Museum, waar het ook heerlijk koel was. Buiten was het ruim 30 graden en heel klam. In het zakencentrum van Tokyo vooral dure winkels, maar tussen de flats staan veel kleine tempels en huizen, wat er bijzonder uit ziet. De Senso-Ji tempel was een complex van meerdere tempels waar je voorspellingen en geluksamuletten kon kopen, en waar vrouwen kimono’s huurden om op de foto te gaan. Er was een mooie pagode en er stonden diverse goden en boeddha’s.

Na drie dagen Tokyo was het tijd om onze camper – ja, een Toyota – op te halen voor onze road-trip. Het is een ouder model, dus er zijn wat ouderdomsverschijnselen en eigenaardigheden, net als bij ons ;-), maar we McGyveren ons er prima doorheen.
Er zijn hier hele dure tolwegen (dagje rijden voor 75 euro), dus we rijden vooral over hele smalle weggetjes tussen de dorpen en rijstvelden door. Je kunt 40 of 50 kilometer per uur rijden, dus het gaat langzaam.

De eerste stop na Tokyo was Nikko, een grote verzameling tempels en mausoleums in een natuurpark van prachtige ceders, rotsen en mos. Het is een druk bezochte World Heritage site, dus we waren er vroeg, zodat we nog in enige rust konden kijken, voor de schoolklassen werden losgelaten. Prachtig en indrukwekkend, enorme tempels met goudwerk, rood lakwerk en houtsnijwerk in prachtige kleuren en vormen. Prachtige beelden, stenen ‘lantaarns’ met mos en ook hier weer een grote pagode. De geur van wierook en ceders gaf een mystiek sfeertje.
Daarna was het tijd voor onze eerste Onsen, een openbaar badhuis met baden die verwarmd worden door vulkanische activiteit. Met gratis geur van rotte eieren. Wel heerlijk warm en ontspannend.

Een lange rit dwars door het noorden van Honshu was vermoeiend, maar het was leuk om iets mee te krijgen van hoe ‘gewone’ Japanners leven. Boeren die in de rijstvelden staan te werken. Huizen met prachtige daken en kleine tempeltjes ernaast. Kleine vierkante autootjes die eruit zien alsof ze door een kind zijn getekend. Veel oude mensen, die vreemd genoeg vaak erg krom lopen. Misschien komt dat door het vele buigen dat ze hier doen. Met een zangerig lijzig toontje, Konichiwaaaaaa, veel buigen en andere omslachtige omgangsvormen. Het is voor ons even wennen, maar de mensen zijn heel hulpvaardig en vriendelijk.

In het noorden bezochten we ons eerste natuurpark: Towada-Hachimantai National Park. Een park met hele diverse landschappen. Veel geothermische activiteit in de vorm van kokende, borrelende modder-vulkanen en fumarolen, waar Koen prima met zijn drone kon spelen. Lieflijk kabbelende riviertjes met watervallen en prachtige bomen. Bergen met kratermeren en moerassig laagland er om heen waar beren wonen. Die hebben we helaas nog niet gezien, maar wel een Japanse makaak op het midden van de weg…!

Gluten-technisch is het hier een uitdaging. In Japan stoppen ze overal sojasaus in. Als je Japanners duidelijk maakt dat je geen sojasaus mag eten kijken ze lang wazig voor zich uit…. brainfreeze! We hebben Google Translate op de telefoon waarmee je Japanse tekens kunt vertalen als je daar je camera op richt, maar die maakt prachtige en hilarische gedichten. Dit is de tekst op een flesje groene ice tea: een door Google Translate gegenereerde Haiku.

Nieuwe Haiku Grand Prize
Ik kan genieten van de lentebries bij het raam
Speciale prijs voor woningbouw
Werd Tayima zijn vrouw had gevuld
Sen riksja en de hoek van de vlam
Prijs voor het leven maken

Het is dus erg lastig om inkopen te doen, want je kunt echt helemaal niks lezen. Eten in een restaurant is eigenlijk niet mogelijk. Niemand spreekt engels. Sushi is nog redelijk overzichtelijk, dus dat eten we hier vaker. Gelukkig kunnen we in de camper zelf koken.
En toen was het tijd om met de boot naar Hokkaido, het noorder-eiland, te gaan. De komende weken gaan we met onze camper over dit eiland ter grootte van Zwitserland toeren. Het is daar wat minder bewoont, dus we hopen op wat wildlife en mooie wandelingen. Hopelijk hebben we geen last van de volgende tyfoon…

En hier wat fotootjes van zowel Anke als Koen:

Dit is ons eerste verslag over ons avontuur in Japan (2019). Lees ook het tweede of derde verslag.

4 gedachten over “Met een camper door Japan

Geef een reactie