Patagonia – Fin Del Mundo

Dit is ons eerste verslag over ons avontuur in Pategonië (in 2018). Lees ook het tweede of derde en laatste verslag.

Vannacht hadden we een gletsjer in onze achtertuin. We stonden met onze camper bij Lago Desierto in Parque Nacional Los Glaciares. We zijn al twee weken onderweg en hebben al ongelooflijk veel mooie landschappen en dieren gezien. Tijd voor het eerste reisverslag van onze reis door Patagonië.

Onze reis begon via Parijs en Santiago in Punta Arenas, Chili. Daar hebben we onze pop-up camper opgehaald en begon onze route eerst nog verder zuidwaarts, naar  Tierra del Fuego, Vuurland. Eerst met de boot naar Porvenir, waar geen camping bleek te zijn. Onze eerste nacht in de camper was bitter koud, dus de whisky die Anke met vooruitziende blik had gekocht kwam goed van pas. De nachten zijn nog steeds erg koud, maar overdag is het weer eigenlijk wel goed. Behalve dan die altijd aanwezige snijdende wind. Het waait hier bijna altijd erg hard.

Het is hier zo koud dat zelfs een kleine kolonie koningspinguïns zich hier thuis voelt. Fantastische dieren! Er waren ook jongen – bruine fluffie bollen – en twee pinguïns waren ook bezig om nieuwe baby-pinguïns te maken. 

Vuurland staat vol kleine bomen die door de wind in allerlei rare vormen zijn gesnoeid. Ook staan er veel dode bomen, omdat er veel bevers zitten die ooit zijn geïntroduceerd. Niet zo slim, want ze zijn een plaag geworden en het landschap is er erg door veranderd. In het Tierra del Fuego National Park hebben we naast bevers ook Caracara, Nandu, Guanaco, zuidelijke ibissen, grote spechten, wilde paarden en vossen en gezien. Het voelt als het einde van de wereld, en dat is het misschien ook wel. Next stop is namelijk Antarctica. Helaas niet voor ons. Voor ons ging het vanaf Ushuaia (meest zuidelijke stad) nu weer noordwaarts.

De meeste nachten kamperen we wild, dus zonder faciliteiten. Eerlijk gezegd zijn de keren dat we op een camping stonden de faciliteiten zo slecht, dat we liever niet op campings staan. Het is moeilijk om dingen te vinden. Supermarkt, wandelroutes… ze doen hier niet zo aan bewegwijzering. Anke’s paar Spaanse lessen zijn al zeer goed van pas gekomen (gracias Myriam!), want behalve bij de toeristische plekken spreekt niemand hier iets anders. De wegen zijn vooral onverhard, er is nauwelijks bereik, dus we hebben zelden telefoon en internet en benzinestations zijn ver uit elkaar. Onze camper slurpt enorm, dus we kunnen ongeveer 400 km rijden. Tomtom stuurt ons regelmatig de verkeerde kant op, dus we kwamen bij Punta Delgada in de problemen. Onze jerrycan met reserve-benzine heeft geen schenktuit, dus terwijl we de benzine in het pikkedonker met de altijd aanwezige wind in onze tank probeerden te krijgen ging er veel over Koen’s schoenen en broek. Uiteindelijk het tankstation bereikt, maar die was dicht. Dus: overnachten op de Pampa in the middle of nowhere….

En the middle of nowhere op de pampa, daar is ook echt niets. Heuvels, zand, wind, kleine graspollen, en af en toe een estancia (landgoed) waar wat stoere koeien of schapen staan. En guanaco’s, ongelooflijk sierlijke dieren die keihard kunnen rennen (en dat ook vaak vlak voor je auto) en bijzonder lenig over hekken springen.

National Park Pali Aike was de volgende stop en is een oud vulkanisch gebied met lavabedden, oude kraters en flamingo’s. Een vreemd leeg landschap met hier een daar een guanaco en nandu. Veel graslanden en dan ineens een enorme krater en lavaformaties. Mysterieus landschap en… veel wind.

En dan ben je ineens in de Torres del Paine. Gigantische bergen, stijle rotsen, fantastische wandelingen, gletsjers, felblauwe geltsjermeren en geweldig wildlife.

Een wandeling naar Lago Grey gaf ons een gratis huid-peeling, maar leverde ook een mooi uitzicht op de gletsjer met dezelfde naam. Iedereen liep de kortste route terug, maar wij besloten om een eilandje heen te lopen, en daar troffen we de bedreigde Andes-hertensoort, de Huemul. Die zijn ontzettend zeldzaam en de kans om die te zien is erg klein, maar daar stond ze, twee meter bij ons vandaan, rustig te snoepen van de felrode bloemen die je hier overal ziet. We waren erg rustig, dus we konden wel een half uur van haar gezelschap genieten en uitgebreid foto’s maken. Wat een mazzel!

We wilden ook graag een gordeldier zien, en een dag later hadden we weer geluk. Deze kleine tank kwam voorbij gerend, dus we moesten snel zijn voor een foto. De volgende dag besloten we een route te hiken door poema-gebied. Kans om die te zien: nihil. De guanaco-skeletten (al dan niet in andere staat van ontbinding) die overal verspreid lagen gaven de indicatie dat we op de juiste plek waren voor poema’s. Op de terugweg zagen we drie mensen met camera’s staan. De ene bleek een tracker, en op enige afstand zagen we een struik met twee, en later vier oren… Poema’s! Na een half uur stil wachten kwamen ze tevoorschijn, waardoor we ze goed konden zien en fotograferen. Nog een half uur later kwamen ze op 20 meter afstand langs. Zo mooi om het typische kattengedrag te zien; rampetampen op een graspol, kopjes geven, buiksluipen…. gewoon een grote Faro en Poesjka… Wat een ongelooflijk geluk! Dos pumas!

Inmiddels zijn we in El Chaltén, maar daarover een volgende keer. Nu eerst wat fotootjes.

Dit is ons eerste verslag over ons avontuur in Pategonië (in 2018). Lees ook het tweede of derde en laatste verslag.

3 gedachten over “Patagonia – Fin Del Mundo

Geef een reactie